(For English scroll down)

Deel 4 Kralen en pailletten

In dit blog leg ik uit hoe je kralen en pailletten kunt hechten aan je werk. Ik gebruik hiervoor de ketting steek, een luneville naald en fil-a-gant. Deze draad heeft een waslaagje, waardoor hij niet gaat krullen aan je naald. Oorspronkelijk werd deze draad gebruikt bij het maken van handschoenen. De draad is dus zeer stevig. Je wilt niet dat tijdens je werk je draad breekt. En al helemaal niet als er allemaal kraaltjes en pailletten aan hangen. Gebruik een kloshouder om de klos op te zetten. Deze zet je simpel in je frame vast.

Allereerst is het belangrijk om de kralen en de pailletten over te zetten op je draad.

Kralen:

Open de knoop van het draad. Houd de draad bij elkaar en knoop een uiteinde dicht. Het andere uiteinde knoop je met een platte knoop vast aan de draad waarmee je gaat werken. De fil-a-gant. Zet zoveel kralen over als dat je nodig hebt. Wees voorzichtig, de knoop kan losschieten. Werk dus altijd boven een tafel, zodat je kralen niet over de grond verspreid raken. Wanneer je genoeg hebt overgebracht, maak je de knoop los. Nu ben je klaar om te gaan werken met kralen.

Hecht je werkdraad aan je stof. Zo is je draad gezekerd en kan niet alles over de vloer heen. Je werkt aan de onderkant van je werk, dus het zou zo maar eens zijn dat je je werk hiervoor eerst op zn kop moet draaien. Na het vasthechten van de draad maak je de kettingsteek. Zorg ervoor dat je bij elke steek die je maakt een kraaltje toevoegt. Gebruik een hand voor het maken van de ketting steek en eentje voor de kralen.

Pailletten:

Open de knoop van het draad. Houd de draad bij elkaar en knoop een uiteinde dicht. Het andere uiteinde knoop je met een platte knoop vast aan de draad waarmee je gaat werken. De fil-a-gant. Zet zoveel pailetten over als dat je nodig hebt. Wees voorzichtig, de knoop kan losschieten. Werk dus altijd boven een tafel, zodat je kralen niet over de grond verspreid raken. Wanneer je genoeg hebt overgebracht, maak je de knoop los. Nu ben je klaar om te gaan werken met pailletten.

Hecht je werkdraad aan je stof. Zo is je draad gezekerd en kan niet alles over de vloer heen. Je werkt aan de onderkant van je werk, dus het zou zo maar eens zijn dat je je werk hiervoor eerst op zn kop moet draaien. Na het vasthechten van de draad maak je de kettingsteek. Zorg ervoor dat je bij elke steek die je maakt een paillet toevoegt. Gebruik een hand voor het maken van de ketting steek en eentje voor de pailletten.

Het werken met pailletten is moeilijker. Je zult zien dat als je klaar bent, je bij sommige steken wellicht twee pailletten hebt gestoken. Je kunt dit verbeteren door achteraf de paillet weg te knippen. Zorg dat de pailletten dakpansgewijs over elkaar liggen. Dit doe je door elke keer 4/5 mm afstand te namen van de vorige steek.

Maak er wat moois van!

(ENGLISH) Part 4 Embroidering beads and sequins

In this blog I’ll explain to you, how you attach your beads and sequins to the fabric, using the chain stitch and the luneville hook.
For the beads and sequins we use fil-a-gant. This thread is waxed so it doesn’t crull up in your needle. It was originally made for gloves, so the thread is really strong. When you add beads or sequins to your work, you add them on this thread. And you don’t want to have a broken thread have way your work. Use a bobbin holder, it makes it easier to use your thread. You can put the bobbin holder on your frame, by putting it in one of the holes for mounting.

First transfer the beads and sequins on your thread.

Beads:

Open the knot of the string. You’ll notice there is one knot. Open it but keep the string together. Tighten one end into a knot otherwise you’ll loose your beads. Make a flat knot with the string and the thread your about to use. This way you can transfer the beads to your work thread. Be carefull, the knot can open! Always work above a table, so you’re beads will not fall over the floor if the knot breaks. When you’ve enough beads on your thread, remove the knot. Now you’re ready to work with beads.
Keep the beads down to the bottom side of the fabric. That is were the design will show. So you might have to turn your work upside down. Firstly attach the thread, now you can’t loose your beads anymore. Do the chain stich but make sure that by every stitch you make, you add a bead. Use one hand for the stitch and one hand for the beads.

Sequins:

Open the knot of the string. You’ll notice there is one knot. Open it but keep the string together. Tighten one end into a knot otherwise you’ll loose your sequins. Make a flat knot with the string and the thread your about to use. This way you can transfer the sequins to your work thread. Be carefull, the knot can open! Always work above a table, so you’re sequins will not fall over the floor if the knot breaks. When you’ve enough sequins on your thread, remove the knot. Now you’re ready to work with beads.
Keep the sequins down to the bottom side of the fabric. That is were the design will show. So you might have to turn your work upside down. Firstly attach the thread, now you can’t loose your sequins anymore. Do the chain stich but make sure that by every stitch you make, you add a sequin. Use one hand for the stitch and one hand for the sequins.

Sequins is a hard thing, because they are very small. When you’ve finished your work, and turn your work over, you’ll might notice places where you’ve attached two sequins. Simply cut one away. Make also sure that your sequins are getting places over each other, by placing the next stitch 4/5 mm away from the one before.

Make beautiful.